Boekverslag en boekbespreking

Je gaat een boekverslag maken over een boek dat jij steengoed vindt. Dit boekverslag wordt door de leerkracht beoordeeld.

Ook ga je in de klas een boekbespreking houden over dit zelfde boek. Na afloop van je boekbespreking zouden je klasgenoten zin moeten hebben om het boek te lezen!

Boekverslag

Eisen

Je boekverslag moet ongeveer twee pagina’s tekst bevatten.

Deze tekst moet lettergrootte 12 hebben.

De kantlijnmarge (de witte randen aan de zij-, onder- en bovenkant) moet 2 cm zijn.

Werkwijze

A Begin met een kladversie en ga vragen bedenken. Zoek er antwoorden bij. Hieronder zie je al wat voorbeeld vragen.

1. Over welk boek ga je schrijven?

2. Wie komen er in het boek voor?

3. Waar speelt het verhaal zich af?

4. Wat gebeurt er in het verhaal?

5. Wie is de schrijver?

6. Ken je nog meer boeken van deze schrijver?

7. Vind je het verhaal spannend, grappig? En waarom?

B Alle informatie die je nu verzameld hebt, ga je ordenen.

1. Wat hoort er bij elkaar?

2. Wat voor kopjes kun je erboven schrijven?

3 Is het nu duidelijk waarom je het boek hebt gekozen, wie de schrijver is enz.?

4. Maak mooie zinnen en gebruik alinea’s.

5. Is het duidelijk waarom je dit boek zo steengoed vindt?

6. Is de sfeer van het boek beschreven?

C Je gaat het verslag nu netjes uitwerken.

1. Begin met een inleiding. Daarin kun je bijvoorbeeld vertellen waarom je het boek hebt gekozen, wie de schrijver is en hoe je het verslag hebt gemaakt.

2. Inde kern schrijf je wat voor soort boek het is, wie erin voorkomen, wat erin gebeurt en in welke stijl het boek geschreven is.

3. Inhet slot kun je bijvoorbeeld schrijven waarom iemand het boek zou moeten lezen en hoe je het vond om aan je verslag te werken.

Boekbespreking

Nu je je boekverslag hebt gemaakt, kun je ook je boekbespreking voor de klas gaan voorbereiden. Deze boekbespreking moet 8 tot 10 minuten duren. De volgende punten kunnen in je boekbespreking aan bod komen:

1. Alle punten die je bij A hebt opgezocht.

Let hierbij wel op dat je niet de hele samenvatting van het boek vertelt. Het is de bedoeling dat je je klasgenoten enthousiast maakt om het boek te lezen. Je mag dus niet het einde verklappen!

2. Je kunt ook een stukje uit het boek voorlezen. Vertel wel op welk punt in het boek je begint te vertellen. Zorg dat het voorlezen maximaal 2 minuten duurt.
3. Waarom jij vindt dat je klasgenoten dit boek moeten lezen.
4. Hoe vond je het om aan je verslag te werken.

Succes!